Afrika
Azië
Europa
Noord Amerika
Oceanië
Latijns Amerika
 
Bangkok 1- 10 feb 2005
 

Bangkok 1- 10 feb 2005


Aankomst

Khao San Road, eindelijk weer een HeinekenThailand, weer een ander land, andere cultuur, nieuwe uitdagingen en nieuwe mensen om te ontmoeten... Ik landde op 1 februari op het internationale vliegveld en ben meteen maar weer op zoek gegaan naar een hotel. Khao San Road is DE toeristenstraat van Bangkok, de hotels zijn goedkoop en er zijn veel winkeltjes, straatverkopers, reiswinkels, internetcafes en natuurlijk massagesalons (voor de vermoeide reiziger...).
Maar de goedkope hotels die door de reisgids, The Lonely Planet, werden aangeboden bleken vol te zijn en ik ben dus zelf maar wat gaan rondvragen. Na een uurtje zoeken had ik er een gevonden: Blue Guest House, niets bijzonders, maar slechts 100 Bat, 2 Euro, per nacht. een koopje! En het beste is, dat ik uitzicht heb op de rivier en dat ik wat buiten het echte toeristengebeuren zit. Voordat ik bij het hotel ben moet ik eerst door een aantal steegjes met wat interessante figuren die op de straat zitten en hangen, en honden die soms wat agressief zijn, veel leuker dus. De kamer en de douches zijn schoon, de manager is een mafkees en de andere gasten zijn leuk...
Elk land, elke stad en elk hotel lijkt wel weer zijn opvallende gast te hebben. Hier in het Blue Guest house is dat zeker en vast onze Hendrick, een Belg met een rijk reisverleden (is al meer dan 10 jaar aan het reizen). Hij maakt met iedereen zijn dagelijkse praatje en heeft al veel gezien en veel meegemaakt, een opmerkelijk mens (atjatjatja, dun beste noedelsoep van gans Bangkok...).

De westerse stad

Long Tails...Bangkok is een grote, wat chaotische stad en oogt zeer westers: McDonalds, KFC en Burger King, grote supermarkten, dure restaurants en hotels en veel, heel veel, gigantisch veel westerse toeristen...! Maar toch zie je hier ook de straatrestaurantjes waar je voor 50 eurocent een grote kom dumplingsoep kunt eten, of voor 40 eurocent een bord Flied Lice met kip en ei. Het blijft toch Azie...
Er wonen 6 miljoen mensen en de Thaise naam voor de stad is Krung Thep, oftewel City of Angels. Maar dit is maar de korte versie, de volledige naam is (en haal maar eens diep adem):
Krungtep mahanakhon amonratanakosin mahintara ayuthaya mahadilok popnopparat ratchatani burirom udomratchaniwet mahasathan amonpiman avathansathit sakhatattiya witsanukamprasit.
Ik had de reisgids wat doorgelezen (zoals ik altijd doe voor aankomst) en had een aantal dingen gezien, die ik zeker moest bezoeken. Maar eerst maar eens aan het werk; doordat ik in Myanmar geen internetcafe heb bezocht had ik een mail- en verslagenachterstand opgelopen van 4 weken! Ook wilde ik kijken of het slim was om naar Nepal te gaan, waar ik in Myanmar zin in had gekregen. Daarnaast had ik wat leesboeken om te ruilen, moest ik weer mijn fotos op cd branden en had ik wat andere reizigers beloofd om wat foto's naar hun op te sturen... Ja, ja reizen is hard werken, maar daarna kon ik lekker wat gaan rondneuzen in Bangkok. Om te beginnen maar eens met de boot mee. Voor 20 Eurocent (10 Baht) kun je met de veerdienst mee, die continu van Noord Bangkok naar het zuiden van de stad vaart. Een mooie manier, dus, om de stad vanaf de grote rivier, de Chao Phraya te zien. Daarna wilde ik nog een aantal sites gaan bekijken, en dat heb de volgende dagen ook gedaan:

Wat Phra Kaew (of; De tempel van de smaragden Boeddha)

Het koninklijke paleisSamen met Wat Po (zie hieronder) is dit de belangrijkste plek in Thailand voor de Thaise Boeddhisten. En dat is niet voor niets, het is indrukwekkend met 3 uitroeptekens!!! Grote gebouwen, beelden van gigantische reuzen, gouden stupas en alles prachtig bewerkt met kleine stukjes spiegel en edelstenen. Het hoogtepunt van Wat Phra Kaew is de Smaragden Boeddha, een mooi Boeddhabeeld waar je helaas geen foto van mag maken (en daar wodt ook goed op gelet).
Op hetzelfde Terrein is ook het Grand Palace te vinden, het voormalige verblijf van het koningshuis. Het is een indrukwekkend gebouw, wat een beetje sprookjesachtig aandoet, maar wordt niet meer bewoont door de koning, het gebouw wordt alleen nog gebruikt voor speciale gelegenheden. De tuin wordt bijgehouden door een tiental tuinmannen, die graag even poseren voor de foto...

Wat Pho

De luie BoeddhaGrenzend aan de Wat Phra Kaew is de Wat Pho, en het is net zo prachtig en goed verzorgd als de buurman... Naast wederom de mooie en gedetailleerde gebouwen is hier het hoogtepunt de liggende Boeddha. De liggende Boeddha is 46 meter lang en 15 meter hoog en volledig met goud bekleed. De voetzolen zijn versierd met parelfiguren, welke de 108 verschillende karakters van de Boeddha weergeven. Wat Pho is de oudste en grootste tempel van Bangkok, daterend uit de 16e eeuw, en het geeft een speciaal gevoel om hier rond te lopen. Opvallend is wel dat je de Wat Phra Kaew niet inkomt zonder schoenen en dat je de Wat Pho niet inkomt MET schoenen. Rare jongens, die Boeddhisten...

Boeddha

wowDat de Boeddhabeelden ook in Thailand een belangrijke plaats innemen blijkt wel uit het aantal sites waar je bijzondere Boeddhabeelden kunt bekijken, zo is er bijvoorbeeld de Wat Traimit, een 3 meter hoge afbeelding van de Boeddha. Dit beeld is niet alleen opmerkelijk vanwege de hoeveelheid goud (hij is van massief goud en weegt 5,5 ton) maar vooral om het feit dat dat pas vorige eeuw ontdekt is... Het beeld werd al eeuwen vereerd, maar was toen nog van steen. Pas toen iemand het probeerde te verplaatsen en het beeld liet vallen bleek er dit waardevolle beeld in verstopt te zitten. Het is eeuwen geleden waarschijnlijk ingepakt tijdens de invasie van de Burmesen (18e eeuw) en de inpakker is het vergeten (of is vermoord). Veel pelgrims komen naar dit beeld, wat een belangrijke plaats is voor de Thaise Boeddhisten.

Vlakbij het hotel waar ik zat was een staande Boeddha (Wat Intharawihan) te zien van 40 meter hoog, ook weer volledig in de goudkleur. Ook hier moet je weer even de tijd voornemen om je te beseffen wat een gigantisch werk er in zit, vooral in de prachtige details.

Muay Thai

Erg hard, maar wel eerlijkAls je in Thailand bent moet je natuurlijk ook een avondje naar het populaire Muay Thai, oftewel, het Thai boksen... Het goedkoopste kaartje kost 500 Baht, 10 Euro, wat voor een budgetreiziger duur is, maar je krijgt dan een hele avond entertainment. Er stonden maar liefst 11 wedstrijden op het programma en wedstrijd nummer 7 (Kiatpranom tegen Apisak) was de topper, een strijd om het kampioenschap.
Het was een opmerkelijk spektakel, vooral de rituelen als het volkslied aan het begin van de avond, dansen en bidden voor elke wedstrijd, en de livemuziek (2 trommels, kleine bekkens en een grappig fluitje) maakten de avond compleet. Thai boksen gaat er erg hard aan toe, bijna alles mag en het bloed vloeit dan ook regelmatig.
Het publiek is helemaal maf en vooral de gokkers (er wordt flink gegokt rond elke wedstrrijd) staan te schreeuwen en te springen. Vanwege de landelijke verkiezingen mocht er eigenlijk geen bier getapt worden, maar als er dan toch gedronken werd, alleen uit plastic bekertjes (...?) Speciaal voor de avond waren er dus kleine bekertjes te krijgen voor ruim 1,5 Euro, en ik heb dit keer maar bedankt!
Het hoogtepunt van de avond was DE kampioenswedstrijd, de wedstrijd waar het hele gebeuren de hele avond naar uit had gekeken, de zwaarste mannen van de avond, boven 126 pond. Het was voor de buitenlandse toerist niet duidelijk wie nu de kampioen was, maar dat boeide niet, de cameras stonden klaar en de trommels roffelden... In de eerste ronde, na 1 minuut en 12 seconden geeft Kiatpranom een ellboogje aan Apisak en die gaat neer... Hij is niet meer opgestaan en is met de brancard weggedragen. Complete stilte in de zaal, en daarna gejuich, fantastisch om te zien (behalve voor Apisak, natuurlijk)...

Gelukkig nieuwjaar!

De draak op het podiumOp 8 februari kwam Dunja, de Zwitserse Duitse (met Kroatische vader), die ik in Calcutta had leren kennen, en een paar weken mee in Burma had rondgereisd, naar Bangkok. We hadden elkaar al 2,5 week niet meer gezien en het was weer erg leuk en ook konden we mooi samen in Bangkok het Chinese nieuwjaar gaan vieren (op 9 februari). Het feest zou al losbarsten op de 8ste, en dat wilden we al graag meemaken, natuurlijk, dus met de bus naar Chinatown. Maar er was niets te doen, normale gang van zaken bij die Chinezen, dus we hebben lekker wat gegeten en teruggegaan naar het hotel. Maar de volgende dag was het echt raak, een optocht met draken, tijgers en leeuwen (mensen in een pak, natuurlijk, geen echte draken...). Het was prachtig om te zien, ook omdat het een beetje aanvoelde als Koninginnedag in Amsterdam, overal (eet)tentjes op straat en optredens, erg leuk!
Ook de prinses (de dochter van de koning) kwam langs, na de optocht, met een hoop bodyguards en andere onbekende figuren. Het hoogtepunt van de avond was de gouden draken show. Een show welke opgevoerd werd op een podium met dansende mensen, acrobaten en een (ongeveer) 50 meter lange draak met een hoop mensen eronder. Erg mooi, en na een mooie vuurwerkshow en een aantal Chinese en Thaise pilsjes was het feest compleet, een mooie dag! Trouwens, dit was, na Calcutta, het 2e nieuwjaar dat Dunja en ik samen vierde, reden voor nog een pilsje, dus.

En:

Hij is weer mooi!- De wereld lijkt zo groot, maar is soms heel klein: In Bangkok kom ik Ian tegen, een Engelsman die we in Beijing hebben leren kennen en hij had via iemand anders te horen gekregen dat Michiel en ik opgesplitst waren (...).
- Ik heb het Carnaval in Oeteldonk dit jaar moeten missen (snif, snif), maar bij deze wil ik al mijn vrienden van de grapjassen (en vooral onze ontwerper Basje) feliciteren met de 2e plek in de optocht!!! Jammer van dat ene puntje...

- Tegenvaller: Alle foto's van Bangkok (inclusief die van het nieuwjaar) zijn kwijt, de memory card van de camera kon ik plots niet meer uitlezen en niet een foto- of camerazaak kon me helpen. Even balen natuurlijk, maar ja, er zijn erger dingen, ik heb een nieuwe kaart gekocht en heb voor de verslagen maar wat fotos van internet geplukt.

Dunja was bezig met vrijwilligerswerk in Khao Lak, waar de Tsunami flink heeft huisgehouden, als duiker had ze aangeboden om puin uit het water ruimen en tussendoor o.a. spelletjes te doen met kinderen die door de ellende getroffen zijn. Op de 11e ging de duikploeg weer op pad, waardoor we op de 10e weer afscheid moesten nemen. Wel weer even klote, maar ja, we zien elkaar de volgende keer wel weer (in ieder geval in Zwitserland...). Ik nam de trein naar Ubon Ratchathani, op weg dus naar het volgende verhaal...